maandag 8 april 2013

'De Golf': Golfstaten materieel rijk, geestelijk arm?



In de jaren tachtig gaat schrijfster Lieve Joris over tot een daad die door velen wordt bestempeld als onbezonnen en onmogelijk. Haar plan is af te reizen naar de Golfstaten die dan wel op economisch vlak een wonderlijke vooruitgang meemaken, maar op het vlak van de mensenrechten nog ver achterlopen. Het resultaat van haar reis beschrijft ze in 'De Golf'.


Olietijdperk


Golfstaten zijn de landen rondom de Perzische Golf. In 1932 werd in Bahrein de eerste olie gevonden, zes jaar later bleek er in omringende landen als Saoedi- Arabië en Koeweit veel meer van deze grondstof in de grond te zitten. De hele regio bleek rijk te zijn aan het zwarte goud en er ontstond een ware olieboom met alle gevolgen van dien.

Vrouw op reis door Golfstaten


Zowel in de jaren tachtig als tegenwoordig is het niet gewoon voor een vrouw om alleen door deze welvarende regio te reizen.  Lieve Joris lijkt echter weinig problemen te ondervinden. Een verklaring hiervoor is makkelijk uit haar boek 'De Golf' op te maken: de schrijfster wordt zorgvuldig van het ene bezoek naar het andere geleid, er staat vrijwel continu een chauffeur tot haar beschikking en er wordt voor gezorgd dat het haar aan niets ontbreekt. Ze wordt in een luxebad ondergedompeld en vraagt zich op het punt van terugkeer af of ze wel weer terug kan naar haar gewone leventje in Nederland.

Status Arabische vrouw


Alhoewel 'De Golf' in 1986 gepubliceerd werd, is het boek nog uitermate actueel. De schrijnende positie van de vrouw in vooral Saoedi- Arabië is sinds die tijd nauwelijks veranderd en misschien zelfs verslechterd. Mooi zijn de reacties en gesprekken die ze heeft met diverse vrouwen in verschillende posities, waardoor het eenzijdige beeld dat in het Westen heerst van de Arabische vrouw meer genuanceerd wordt.

Wat Joris in 'De Golf' ook duidelijk aangeeft is dat er binnen de Golfstaten veel verschil is in de positie van de vrouw en dat de landen die Saoedi- Arabië omringen met enig minachting naar dit machtige land kijken. Overigens geldt voor alle Golfstaten dat ze graag over hun buren praten en hun best doen elkaar te overtreffen. Hassnae Bouazza bericht trouwens van een soortgelijke ervaring op in  haar boek 'Arabieren kijken'.

Op zoek naar de bedoeïen


Joris beschrijft hoe de Golflanden vele Aziatische immigranten aantrekken door de boomende industrie die zich niet alleen beperkt tot de olieproductie. In de jaren tachtig was het al een feit dat deze regio werd overspoeld door immigranten en alhoewel de landen toelating van buitenlanders sterk reguleren, zijn er bijna meer gastarbeiders dan autochtonen. De autochtonen bekleden vaak de hogere functies en hebben hun studie gevolgd in het buitenland. Een van de mooiste passages is wellicht het moment waarop Joris op zoek is naar een bedoeïen, als de belichaming van een oude traditie. Ze legt uit dat vele bedoeïenen voor de olieboom schapen en kamelen hoeden. Nu werken ze door de weeks in de stad en gaan ze in het weekend terug naar het platteland. Na lang zoeken denkt ze een autochtoon in de traditionele kledij, een thobe en goetra, te zien. Het blijkt een vogelverschikker te zijn. 

Dit is misschien ook leuk om te lezen:


Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Help deze blog interactief te houden en reageer hier!